Meer dan een vierkante meter

Met een kritische (terug)blik nam scheidend hoogleraar gebiedsontwikkeling Friso de Zeeuw (ambassadeur van bouwend Nederland) afstand van de trend die bij ontwikkelaars bestaat om alsmaar kleiner te bouwen. Dat wil zeggen bouwen onder de grens en die grens ligt volgens De Zeeuw op 60 à 65 vierkante meter, ook bij jonge mensen. Volgens de Zeeuw zijn “Tiny Houses” vooral een geinig randverschijnsel waar alleen in kabouterkringen interesse naar bestaat.

In het interview, dat afgelopen december in Het Financieel Dagblad te lezen was onder de kop “Er bestaat vaak een ziekelijke neiging om te innoveren”, wordt echter met geen woord gerept over de kwaliteit van wonen. Door uitsluitend de aandacht op kwantiteit te leggen wordt de werkelijke aanleiding en aantrekkingskracht van de “Tiny Houses” niet gevonden. Die aantrekkingskracht van de “Tiny Houses” beweging blijkt meerledig.

Naast de mogelijkheid voor sociale compositie en lage kosten zijn er twee onderscheidende kenmerken die verwant zijn aan elkaar. Enerzijds is er de suggestie van vrijheid door de mogelijkheid van beweging, alsof het huis een verplaatsbare hut is. Anderzijds is er de suggestie van vrijheid door de onmiddelijkheid en aanwezigheid van de natuur.

De “Tiny Houses” beweging was met enkele voorbeelden vertegenwoordigd bij de Dutch Design week 2017, onder andere met het Buitenhuis en de Hihahut (waaronder de Zonnepost met panorama-dak). De Hihahut belicht steeds een ander aspect van iets dat ver weg is – de sterren, de zon, het panorama, – en brengt dit dichtbij. Aan de oppervlakte kristalliseert het vergezicht én geeft het de schil een vaste vorm: een uitmonding, een dakterras, een kijkspleet. Het beeld wordt zichtbaar in de binnenruimte en arrangeert het verblijf.

Toch dringt ze niet werkelijk in die binnenruimte door; het blijft een verschijning aan de oppervlakte. In de Japanse architectuur zijn recente voorbeelden waarin binnen en buiten als gelijke grootheden in nabijheid zijn gebracht, waarbij de huid wordt opgetrokken, geponst zodat de buitenruimte als het ware echt doordringt. De schil wordt doordringbaar als een membraam.

Michael Wolf toont met zijn fotoseries Architecture of Density en 100 x 100 hoe ongemakkelijk het kan zijn wanneer we Tiny Houses in een hoge dichtheid bijeenbrengen in afwezigheid van buitenruimte. De aanwezigheid van een buitenruimte in een stedelijke structuur is maar aan een enkeling voorbehouden en het toepassen van Tiny Houses ansich zal daarom leiden tot vermoeiing. Met onze afspraken over eeuwigdurende grondeigendom lijkt ook de vrijheid door beweging als tegenhanger slechts een verschijning.

Woonrijp vormt binnen deze kaders zijn ideeën, die in Binnen-Buiten-Wonen tot uiting komen. In Binnen-Buiten-Wonen maakt de buitenruimte werkelijk onderdeel uit van het woonprogramma. Het is een zoektocht naar nieuwe verhoudingen en potenties tussen binnen en buiten in de context van het wonen en met oplossingen binnen de grenzen van het kavel. Hierin schuilt een nieuwe opgave voor innovatie in het wonen.